DIARREE

Begripsbepaling: 

Dunne, waterige ontlasting en / of verhoogde frequentie van stoelgang (meer dan 3 keer per dag). Regelmatig / vaak kan diarree gepaard gaan met buikkrampen, misselijkheid, braken en koorts. Diarree wordt vaak veroorzaakt door een bacteriële of virale infectie van de darm en is zeer besmettelijk.

Observaties en beschrijving situatie: 

Hoe vaak heeft cliënt ontlasting per dag / dienst?
Sinds hoeveel dagen heeft cliënt deze klachten?
Hoe ziet de ontlasting eruit (waterdun, kleur, geur, bloed / slijmbijmenging)?
Heeft cliënt nog andere klachten (overgeven, dorst, neiging tot flauwvallen, aanhoudende buikpijn)?
Is cliënt recentelijk behandeld met antibiotica (LET OP Clostridium!)?
Wat is de vocht- en voedingintake van cliënt? Gebruikt cliënt sondevoeding?
Is cliënt diabeet?
Zijn er nog andere cliënten en / of personeelsleden met deze klachten? Zo ja, hoeveel in totaal?

Triagecriteria

Spoed
suf / verward zijn
shockverschijnselen (lage bloeddruk, hoge polsfrequentie)
verdenking Clostridium
persisterend braken, neiging tot flauwvallen
cliënten > 70 jaar met koorts > 39 ° C en > 1 dag frequent waterdunne diarree
geen urineproductie gedurende 12 uur
Dringend
bij uitbreken darminfectie bij meerdere cliënten protocol starten (Cordaan: zie protocol diarree)
persisterende buikpijn in plaats van darmkrampen
bij gebruik medicatie: anti-epileptica, insuline, digoxine, diuretica, lithium
bloed / slijm bij ontlasting
Routine
niet van toepassing

Controles en acties: 

Goede hygiënemaatregelen treffen (schort, handschoenen, handenhygiëne).
Meet bloeddruk, pols en temperatuur.
eef extra vocht! Kleine slokjes per keer, juist bij braken (geen extreem warme of koude drank geven) wees alert op uitdroging!
Cliënt mag alles eten naar behoefte. Wanneer cliënt geen vast voedsel meer wil eten: * Geef heldere dranken (bouillon, gezeefd vruchtensap, isotone dorstlesser). *Geef zo min mogelijk melkproducten, vet, zoet voedsel, citrusvruchten en producten met cafeïne. *Voeg geleidelijk halfvast voedsel toe (beschuit, yoghurt, rijst, banaan, appelmoes) bij het afnemen van de diarree.
Bij krampen warme doek op buik geven.
In overleg met PVK  / ANW hoofd laxantia stoppen (movicolon, lactulose)
In overleg met PVK  / ANW hoofd bij diabetici (extra) bloedsuikercontroles afspreken.
n overleg met PVK  / ANW hoofd sondevoeding verminderen wanneer deze slecht verdragen wordt: totale hoeveelheid sondevoeding verminderen door tussendoor water te geven in plaats van sondevoeding.
In overleg met PVK  / ANW hoofd bij > 5 cliënten op de afdeling met dezelfde klachten cohortverpleging starten en protocol van organisatie in gang zetten.