Kortademigheid

Begripsbepaling: 

Kortademigheid wordt gebruikt voor verscheidene klachten. De ernst bepaalt de urgentie. Kortademigheid is een symptoom voor allerlei ziekten en/of aandoeningen. Belangrijk is te weten wat men bedoelt met kortademigheid. Een normale ademfrequentie is 15 x per minuut.

Vragen: 

Is cliënt bij bewustzijn?
Wat is de bloeddruk, pols, ademfrequentie, saturatie en eventueel temperatuur?
Hoe is de ademhaling? (zacht, kreunend, hoorbaar bij in-of uitademing, adequaat) Is er sprake van cyanose? Kan cliënt platliggen, hele zinnen zeggen?
Wanneer zijn de klachten begonnen en was dit geleidelijk of acuut?
Hoe is het gedrag? (rustig, onrustig, lijkt cliënt te stikken)
Zijn er andere klachten: pijn op de borst, pijn vastzittend aan de ademhaling, hoesten (productief/droog), koorts, kenmerken van een allergische reactie, ongeval, iets in de keel, verslikt?
Is cliënt bekend met COPD/Astma, hartfalen of hyperventilatie?
Welke medicijnen gebruikt cliënt?
Welke afspraken zijn er gemaakt over medische behandelingen bij deze cliënt?

Triagecriteria

Spoed
bewusteloosheid
hevige benauwdheid (ademfrequentie > 30/min.) die snel verergert
blauwe verkleuring in het gezicht of extremiteiten
pijn op de borst
hoge koorts (temperatuur > 40° C)
dreigende shock (dalende bloeddruk, stijgende pols)
COPD/Astma niet reagerend op medicatie
indien er sprake is van een trauma, verslikken, iets in de keel
Dringend
geleidelijke verslechtering (toename benauwdheid, toename koorts)
toename onrust/verwardheid
onvoldoende reactie op toegediende medicatie en toegepaste maatregelen
Routine
evaluatie van medicatie en instellen op nieuwe of onderhoudsmedicatie
in kaart brengen van aanleiding/oorzaak van hyperventilatie

Advies: 

Zet cliënt rechtop in bed of op een stoel of rand van het bed met ondersteuning van het bovenlichaam door bijvoorbeeld een nachtkastje
Controleer pols, bloeddruk, temperatuur, ademfrequentie en saturatie.
Geef de zo nodig voorgeschreven medicatie zoals extra luchtwegverwijder.
In overleg met arts zuurstof geven
Overleg met arts bij onvoldoende effect van extra medicatie en/of verergering of eerste keer klachten.
BIJ ANGST EN HYPERVENTILATIE:
1. Stel de cliënt gerust en laat cliënt rustig ademen, drie seconden in en zes seconden uit.
2. Probeer samen met de cliënt het ademhalingspatroon onder controle te krijgen door een ontspanningsoefening te doen of cliënt af te leiden met een bezigheid.
3. Informeer naar de oorzaak die de klachten mogelijk hebben uitgelokt
4. Bij aanhoudende angst overleg met arts
5. Bij onvoldoende of geen effect: overleg arts

Advies (extra): 

N.B. Blazen in een zakje is niet evidence based en werkt niet. Zuurstof geven bij hyperventilatie geeft een averechts effect!